Gommers, Jacobus


Personalia

Achternaam Voornamen Geboorte datum Naam vader Naam moeder
Gommers Jacobus 18-03-1911, Wuustwezel (België) Gommers, Jacobus Willemsen, Catherina

Legioen periode: 1950 - 1956

No Matricule Engage Libere Libere Plaats
77814 30-10-1950 Intendance A.G. Marseille / Frankrijk 30-10-1956 / Liberable par fin de contrat Marseille / Frankrijk

Biografie


Eind 1953 leek het er niet op dat de Frankrijk de oorlog in Indo-China nog zou gaan winnen. Dit ondanks omvangrijke militaire en financiële steun van de Verenigde Staten. Men was bereid tot onderhandelen.
Om hiervoor een betere uitgangspositie te creëren zocht men naar een mogelijkheid voor nog één grote militaire overwinning op de Vietminh.
Met het innemen van de stad Dien Bien Phu in het midden van door de Vietmihn bezet gebied en op de route naar Laos hoopte men dit te bereiken.
De Volkskrant berichtte er op 23 november 1953 als volgt over:

PARACHUTISTEN BEZETTEN VIETMINH-BASIS

HANOI, 23 Nov. (AP, Reuter) — Duizenden Frans-Vietnamese parachutisten hebben bij een verrassende actie de stad Dien Bien Phoe, een grote basis van de opstandelingen, veroverd.
Door de lucht worden nog voortdurend versterkingen naar de bezetters aangevoerd.
De stad ligt midden in het gebied van de Vietminh.
Colonnes opstandelingen zijn op weg naar de vlakte waarin de stad ligt.
Franse vliegtuigen hebben deze oprukkende Vietminh zwaar gebombardeerd.
Negentig kilometer ten Noorden van de stad bevinden zich vooruitgeschoven eenheden van het Franse leger. Men verwacht dat in de komende dagen zware gevechten geleverd zullen worden bij de Franse pogingen om de troepen in de stad en de vooruitgeschoven eenheden met elkaar contact te laten maken. […]

Al snel bleek dat het Franse opperbevel de capaciteiten van de Vietminh onderschat te hebben, zeker op het gebied van artillerie steun. In de komenden maanden werd de situatie van de vesting Dien Bien Phu steeds precairer.
De Volkskrant 13 maart 1954.

NA MAANDEN BELEGERING
Viethminh nadert Dien Bien Phoe

SAIGON, 12 Maart (Reuter. AFP) — Vietminh-strijdkrachten ter sterkte van naar schatting dertigduizend man, die sinds enige maanden een wijde kring rond het Franse bolwerk Dien Bien Phoe, in de bergen van Tonkin, vormden zijn met hun opmars tegen de vesting begonnen.
Hun geschut nam Vrijdag voor de eerste keer het kleine vliegveld bij de versterkte stad onder vuur. Franse jachtvliegtuigen hebben met napalmbommen de artilleriestellingen der Vietminh aangevallen terwijl Franse infanterie, gesteund door tanks, de eerste zware gevechten met de opstandelingen leverde.
In het Noorden van Laos zijn de Fransen tot het offensief overgegaan tegen de Vietminh-divisie die zich hier heeft teruggetrokken na de vruchteloze poging om de residentie van het land Loeang Prabang, aan te vallen.
De Fransen vrezen dat deze strijdkrachten zich bij de belegeraars van Dien Bien Phoe zullen voegen.
[…

Op 13 maart barste de strijd in volle hevigheid los. De Volkskrant schreef een dag later.

Vietminh-offensief
Slag om Dien Bien Phoe ontbrand in volle hevigheid

HANOI, 14 Maart — Onder trompetgeschal en geschreeuw hebben duizenden soldaten van de Vietminh een felle aanval ondernomen op het bolwerk van de Franse unietroepen in Indo-China,-Dien Bien Phoe. De aanval begon gisteren om vijf uur ‘s middags en nam gedurende de nacht en vanmorgen nog steeds in hevigheid toe.
Volgens het Franse hoofdkwartier heeft de Vietminh bij de eerste aanval duizend man aan doden en gewonden verloren. De aanvallers kwamen de heuvels af rond om het plateau van Dien Bien Phoe, dat met prikkeldraadversperringen en veel artillerie in een ware vesting is herschapen. De Fransen bedienden zich van tanks, mobiele artillerie en zware machinegeweren.
Ook zij leden, naar werd meegedeeld, aanzienlijke verliezen.
Het leger van de Vietminh rondom Dien Bien Phoe wordt op 36.000 tot 46.000 man geschat en is vier maal zo groot als dat der Franse verdedigers, die tot nu toe nog slechts twee buitenposten hebben moeten prijsgeven.

Beatrice en Ban Hin Lam

“Franse verdedigers,
die tot nu toe nog slechts twee buitenposten hebben moeten prijsgeven”

De zinsnede uit het krantenbericht dat de Franse verdedigers “slechts twee buitenposten hebben moeten prijsgeven”, klinkt nog hoopgevend.
Een van deze buitenposten was de post met de naam “Beatrice”.
De manier waarop deze ingenomen werd gaf weinig hoop voor het lot van de rest van “Dien Bien Phu”.

De eerste stelling die door de Vietminh onder de voet gelopen werd droeg de naam Beatrice en was bezet door het 3e bataljon van de 13e DBLE. (III/13e D.B.L.E.) van het Franse Vreemdelingenlegioen.
Om 17.30 uur begon zwaar artillerievuur op deze stelling.
Tegelijkertijd werd het centrum van Dien Bien Phú bedekt met granaten.
Ongeveer 20.000 granaten werden door de Vietminh afgevuurd op de stelling Béatrice, één inslag per zes seconden. De gevolgen zijn dodelijk.
Rond 18.00 uur landde een voltreffer in de commandopost van de III/13e D.B.L.E. Chef de Bataillon Pégot, zijn rechterhand Capitaine Pardi en luitenant Pungier, die de leiding had over de artillerieverbinding, waren op slag dood. Kort daarna werden de radioverbindingen met de artillerie vernield.
Luitenant Carrière, de commandant van de 9e Compagnie, sneuvelde kort daarna, evenals luitenant Jego. Luitenants Turpin van de 11e Compagnie en Lemoine van de 12e Compagnie raakten ernstig gewond en moesten het commando over hun eenheden afstaan. Luitenant Lemoine zou later bezwijken aan zijn verwondingen.
De III/13e D.B.L.E. was dus zonder leiding al in het begin van de aanval.
Rond 19.50 uur werd ook de P.C. van de 13e D.B.L.E. in het centrum van Dien Biên Phú zwaar getroffen. Luitenants Bailly en Bretteville worden gedood, luitenant-kolonel Gaucher raakt ernstig gewond en sterft kort daarna. Commandanten Martinelli en Vadot raken ook gewond.
Bij het vallen van de avond, viel de Viet Minh-infanterie aan, die de techniek van de menselijke golf gebruikte, sommigen aarzelen niet om zichzelf op te blazen bij het prikkeldraad om hun kameraden achter hen te laten passeren. De aanval heeft een sterkt van ongeveer twee regimenten van de 312e divisie Béatrice aan. In de loop van de strijd vuurde de artillerie van Dien Bien Phú een kwart van haar granaten af op deze aanstormende massa’s.
De legionairs gebruikten alles wat ze tot hun beschikking hadden.
Zelfs napalmvaten werden ontstoken en van de helling gerold.
Aanval volgde op tegenaanval, maar de superioriteit van de Vietminh was te groot.
De stelling kon in deze apocalyptische strijd worden gehouden tot ongeveer 02.00 uur. Toen waren de Vietminh in bijna alle loopgraven. De laatste overlevenden van het III/13e D.B.L.E. trokken zich naar het centrum van Diên Biên Phú, voor zover ze dit nog konden halen.
In de ochtend van 14 maart 1954 werden nog enkele gewonde legionairs uit Béatrice geëvacueerd.
Op dat moment bedroeg het aantal vermisten:
9 officieren, 28 onderofficieren en 296 legionairs.
Zij waren of gesneuveld of krijgsgevangen gemaakt.

296 legionairs van het III/13e DBLE vermist

Onder de vermiste 296 legionairs bevond zich er een van Nederlandse herkomst: Jacobus Gommers.
Op 25 april 1954 werd Jacobus Gommers als vermist gemeld met de opmerking vermoedelijke krijgsgevangene.
Hij werd van de sterkte van zijn voormalige eenheid afgevoerd en toegevoegd aan een logistieke eenheid de Compagnie de Passage de la Légion étrangère (CPLE).
Hij werd door Capitaine CROUZAUD , Officier d’Etat-Civil de 3/13 D.B.L.E. op 15 mei 1954 middels het formulier “ETAT NOMINATIF DE PERTE” van de SERVICE CENTRAL DE L’ETAT CIVIL DES SUCCESSIONS ET DES SÉPULTURES MILITAIRES in Parijs als vermist gemeld.
Hierbij werd wel aangegeven dat men wist dat hij op 8 mei 1954 in Dien Bien Phu krijgsgevangen was gemaakt.
Bij de kolom: “ADRESSE ET DEGRE de parente de la personne à prévenir” stond “Sans adresse”. Het lijkt erop dat men niet wist hoe in contact te komen met zijn familie.
Daarna volgde nog een herindeling ditmaal bij de S.H.I. P4 op 14 juni 1954. Mogelijk werden ook zijn persoonsgegevens aangepast.
Op 20 Juli 1954 werd er in Parijs door het Ministere des Anciens Combattants et Victimes de Guerre een
“AVIS DE CAPTURE” opgemaakt, waarop stond dat Jacobus Gommers op 8 mei 1954 in Dien Bien Phu gezien was als krijgsgevangene.
Als adres van de familie stond nu dat van zijn vader vermeld:

Monsieur GOMMERS Jaak père ACHTERBURG No 27 Wunstwezer ANVERS – Belgique.

De naam van het Belgische dorp waar Jacobus Gommers geboren was, was behoorlijk verbasterd. Dit moet zijn Wuustwezel.
Of de vader bericht gekregen heeft dat zijn zoon vermist/krijgsgevangen was geraakt bij de slag om Dien Bien Phu is niet helemaal zeker.
Een familielid schreef in Mei 2024 aan NLLegioen:

Volgens de familiale mondelinge overlevering is Jacobus Gommers rond 1950 vertrokken naar het Franse Vreemdelingenlegioen, en sindsdien vermist.   
Uiteindelijk werd er vanuit gegaan dat hij gesneuveld was in de slag bij Dien Bien Phu (Vietnam), tussen 13 maart en 7 mei 1954.

Onderscheiding

Voor zijn bijdrage aan de verdediging in de nacht van 13 op 14 maart 1954 , zoals hier genoemd bij Ban Hin Lam, werd Jacobus Gommers op 13 december (1954, -55 of -56) onderscheiden met het “Croix de Guerre des TOE avec etoile de Bronze”

Cité a l’Ordre de la Brigade Ordre Général No1643 du 13.12.1956 [~]
“Légionnaire qui a toujours fait preuve de courage en particlièr dans le Nuit du 13 au 14 Mars 1954 à BAN HIN LAM, Secteur de DIEN BIEN PHU (N.V.) participant activement à la défense, malgré l’acharnement de l’adversaire et de trés violents tirs d’armes de tous calibres.”

Cette Citation comporte l’attribution
de la Croix de Guerre des TOE avec etoile de Bronze

Dankzij een E-mail van een familielid aan NLLegioen, met daarbij de staat van dienst en andere documenten van Jacobus Gommers kon de volgende reconstructie gemaakt worden van zijn diensttijd in het Vreemdelingenlegioen.

Jeugd

Jacobus Gommers werd op 18 maart 1911 in Wuustwezel (België) geboren als zoon van Jacobus Gommers en Catherina Willemsen.
Zijn ouders waren getrouwd op 28 april 1897 te Loenhout, Antwerpen, België.
Omdat zijn vader de Nederlandse nationaliteit had, had Jacobus Gommers ook de Nederlandse nationaliteit.

Samen met zijn ouders woonde hij nog lang in het ouderlijk huis een gepachte boerderij.

Franse Vreemdelingenlegioen

Op 13 november 1950 werd om 18 uur bij de Intendance militaire in Marseille een Acte d’Engagement pour la Legion Etrangere voor Jacobus Gommers opgemaakt.
Hij was toen 39 jaar oud nog net binnen het maximum leeftijdscriterium van 40 jaar.
Opvallend is dat hij aangaf dat zijn ouders overleden waren en dat hij in Hollande (Nederland) geboren was.
Op 13 november 1950 werd om 18 uur bij de Intendance militaire in Marseille een Acte d’Engagement pour la Legion Etrangere voor Jacobus Gommers opgemaakt.
Hij was toen 39 jaar oud nog net binnen het maximum leeftijdscriterium van 40 jaar.
Opvallend is dat hij aangaf dat zijn ouders overleden waren en dat hij in Wuustwoezel Hollande (Nederland) geboren was.
Zijn voornaam binnen de militaire administratie van het Legioen werd Jaak.
Als ingangsdatum van zijn diensttijd van 5 jaar werd 30 oktober 1950 genomen.
Mogelijk wijst dit erop dat Jacobus Gommers eerder ergens anders in Frankrijk al had aangegeven dienst te willen nemen.
Zijn No Matricule werd 77814.

Opmerking. De genoemde data en plaatsen in de volgende hoofdstukken zijn zo overgenomen uit de “Fiche Signalétique et des Services” van Jaak GOMMERS.

Du 12-11-1950 au 20-11-1950 En mer

Rekruten op weg naar Algerije
Met een gemiddelde leeftijd van 20 jaar zal Jacobus Gommers zich best wel oud gevoeld moeten hebben tussen al die jongelui.

Jacobus Gommers verbleef nog even een paar dagen in Marseille en werd op 18 november 1950 ingescheept in Marseille met als bestemming de havenstad Oran in Algerije, van daaruit ging het verder naar Sidi Bel Abbes.
Op 20 november 1950 werd bij naar het D.C.L.E. gestuurd en op 21 november 1950 kwam hij aan bij zijn eenheid “Arrivé au Corps”. Nog op diezelfde dag werd hij ingedeeld bij de C.P.3.

M. en RVF Bel Abbes
Arv. a BA CP1 (REO)


Du 21-11-1950 au 01-12-1950 Algerie


Op 2 december 1950 werd Jacobus Gommers ingedeeld bij de cavalerie eenheid het 2e REC (2e Esc) die gestationeerd was in Oujda Marokko.
Op 1 december 1950 verliet hij Sidi Bel Abbes.


Du 02-12-1950 au 31-03-1951 Maroc 1/2

Een van de taken van het 2e REC was die van instructie-eenheid om toekomstige cavaleristen op te leiden als manschappen het 1er REC dat in Indochina vocht. De aangeworven vrijwilligers die geselecteerd waren voor de cavalerie, kregen hun vier maanden durende basistraining van het Vreemdelingenlegioen rechtstreeks in Oujda, binnen het regiment. Zo ook Jacobus Gommers.
Na het voltooien van zijn basistraining werd hij ingedeeld bij de C.P.4/ REO (renforcement extreme orient)


Du 01-04-1951 au 02-05-1951 En mer

Op 1 april 1951 werd Jacobus Gommers ingescheept in Nantes met als bestemming Saigon in Indo China.
Hij arriveerde daar op 2 mei 1951.


Du 03-05-1951 au 17-03-1953 E.O.

Op 3 mei 1951 werd Jacobus Gommers ingedeeld bij het 3e Esc. van het 1e REC.
Het 3e Esc. is gestationeerd in de regio Hue.

Admit H.M. les 6.7.52
Sort réjoint le 30.8.52

Na bijna 2 jaar bij het 3° Escadron van het 1e REC in Indochina gediend te hebben, keert Jacobus Gommers via Algerije terug naar zijn oude eenheid het 2e REC in Oujda Marokko.


Du 18-03-1953 au 02-04-1953 En mer

Met de S/S Pasteur keerde Jacobus Gommers terug naar Noord-Afrika.

Embarque a Saigon le 18-03-1953 sur le S/S Pasteur, debarque a Oran 03-04-1953


Du 03-04-1953 au 07-04-1953 Algerie

Na een kort verblijf in Algerije reisde hij per spoor naar Oujda Marokko.


Du 08-04-1953 au 17-04-1953 Maroc

Op 8 april kwam hij weer bij zijn oude opleidingseenheid.


Du 18-04-1953 au 05-09-1953 CFC


Van 8 april 1953 tot 5 september 1953 kreeg Jacobus Gommers verlof omdat hij deelgenomen had aan de strijd in Indo China. CFC “Congé de fin de campagne”.
Mogelijk besloot hij toen weer terug te keren naar Indo China.

Op 4 september 1953 tekende hij bij de Intendance Militaire in Oujda voor een 1 jaar bij met ingang van 30-10-1955


Du 06-09-1953 au 18-09-1953 Algerie

Op 6 september 1953 werd Jacobus Gommers weer ingedeeld bij de CP4/REO. Hij verbleef nog een paar dagen in Algerije en vertrok toen weer per boot naar Indo China,.


Du 19-09-1953 au 12-10-1953 En Mer

Embarqué à Alger sur S/S Campana le 19-09-1953

Paquebot “Campana”

REO (139) [~] – RDC-CP4/REO

Débarqué à Saigon le 13-10-1953


Du 13-10-1953 au 08-09-1954 E.O CD

Affecte 3/13o DBLE p/c du 14-10-1953

Op 14 oktober 1953 werd Jacobus Gommers ingedeeld bij het III/13e D.B.L.E. dat toen onder bevel stond van Chef de Bataillon Pégot en onderdeel was de Groupe Mobile 7.
Op 4 december 1953 werd het bataljon ingedeeld bij de Groupe Mobile 9. (G.M.9).
De hele G.M.9, onder leiding van Lieutenant-Colonel Gaucher en de staf van de 13e D.B.L.E., waaronder ook het I/13e D.B.L.E. werd in de periode 6 tot 8 december 1953 naar Diên Biên Phú verplaatst.
Het III/13e D.B.L.E. kreeg de heuvel Ba Him Lam in het noord-oosten toegewezen en legde daar de verdedigingsstelling Béatrice aan.

Bij de gevechten met de Viet Minh om de stelling Beatrice van 13 tot 14 maart 1954 werd Jacobus Gommers krijgsgevangen gemaakt.

Libere PdG VM le 18-08-1954 a Vietri

Op 18 augustus 1954 werden 350 gevangenen van de Forces de l’Union Française vrijgelaten in Vietri. Na een appèl, droeg het V.M. Commando ze over aan de Franse autoriteiten.
Ingescheept op Landingsvaartuigen van de marine, voeren de voormalige krijgsgevangenen de Rode Rivier af naar de veerboot van de Quatre Colonnes, waar ze werden verwelkomd door generaal Masson.

Franse krijgsgevangenen na enkele maanden verblijf in kampen van de Vietminh

Vervolgens werden ze per vrachtwagen naar Hanoi gedirigeerd.
Onder hen was Jacobus Gommers, hij had de mars naar en het verblijf in de krijgsgevangenkampen van de Viet Minh overleefd.

Affecte CPLE du 18-08-1954 (Compagnie de Passage de la Légion étrangère).
Embarque a Saigon sur A.N.N. Pasteur le 09-09-1954


Du 09-09-1954 au 25-09-1954 En mer [~]


Du 26-09-1954 au 29-10-1954 Algerie


Du 30-10-1954 au 09-09-1956 Maroc

Op 2 november 1954 werd Jacobus Gommers ingedeeld bij het 1/4REI in Meknes.
Daar diende hij nog bijna 2 jaar.

In 1956 veranderde de politieke situatie in Marokko onverwacht snel. Begin maart 1956 werd Marokko onafhankelijk, wat velen (niet alleen) in het leger verraste.
Eind juni werden de 4e REI-eenheden naar de Algerijns-Marokkaanse grens in Oost-Marokko gestuurd, tot aan Bou Arfa en Figuig. Deze posten gingen verloren in het uitgestrekte woestijngebied.
Daar brachten de mannen een zeer hete zomer door samen met hun kameraden van de 2e REC. Veel legionairs zagen deze missie als hun straf van de nieuwe Marokkaanse regering.

Het was in Bou Arfa dat op 13 augustus 1956 Cne GAY Commandant van de CCS “Compagnie de commandement et des services” van het 1/4e REI de “feuille de renseignement d’un militaire libérale” voor Jacobus Gommers opmaakte. Volgens dit document beëindigde hij zijn ‘carrière’ als stalknecht en varkenshouder.

Hierbij moest ik aan deze foto uit een reportage uit 1949 denken die ging over legionairs die op een boerderij werkten.


Wat verder opvalt is dat in het overzicht van de onderscheidingen in het “feuille de renseignement” het Croix de Guerre verkregen in Indo China niet opgenomen is.
Mogelijk dat dit dus pas eind 1956 werd toegekend.

Men schreef over de toen 45 jaar oude Jacobus Gommers


Du 10-09-1956 au 02-10-1956 Algerie


Du 03-10-1956 au 04-10-1956 En mer

Op 30 oktober 1956 werd Jacobus Gommers uitgeschreven bij het Vreemdelingenlegioen.
Hij had aangegeven naar Breda te gaan.





Legioen eenheden: 1950 - 1956

Van Tot Regiment Bataljon Compagnie Plaats Land
2REC 2Esc
1REC 3Esc
13DBLE 3Bat
4REI 1Bat



Legioen onderscheidingen

Onderscheidingen Datum Uitreiking
Medaille Coloniale avec agrafe "Extreme Orient" No 347318 1951
Croix de Guerre des TOE avec etoile de Bronze Cité a l'Ordre de la Brigade Ordre Général No 1643 13-12-1955


Info

Verder onderzoek gaande, heeft U meer informatie laat het mij weten via: info@nllegioen.eu

Datum:

Bronnen